Inhalatie techniek
Naar schatting hebben wereldwijd 384 miljoen patiënten COPD, een chronische en progressieve longaandoening. COPD is een van de ziektes met de grootste ziektelast en bijna elke huisarts en apotheker heeft hier mee te maken.
De meest gebruikte therapie is onderhoudstherapie met langwerkende luchtwegverwijders. Onderhoudstherapie is gericht op behoud van gezondheid en het voorkomen van exacerbaties. De langwerkende luchtwegverwijders kunnen worden toegediend door middel van Dry Powder Inhalers (DPIs).
Helaas behaalt de therapie vaak niet de optimale effectiviteit. Succesvolle behandeling van COPD door middel van onderhoudstherapie hangt af van een complexe combinatie van factoren.
Als eerste, bij het gebruik van DPIs, is het van cruciaal belang dat de patiënt voldoende Peak Inspiratory Flow Rate (PIFR) kan behalen. Een optimale PIFR is nodig om het poeder in de inhalator te splitsen in deeltjes met een diameter kleiner dan 5 um zodat het poeder de lagere luchtwegen kan bereiken. Als de PIFR van de patiënt lager is dan de optimale PIFR voor de DPI, zal de medicatie niet optimaal geïnhaleerd worden. Dit vermindert de effectiviteit van de behandeling.
PIFR wordt vaak ook negatief beïnvloed door een slechte inhalatietechniek. Veel voorkomende fouten gemaakt door patiënten zijn: onvoldoende luchtstroom, uitademing in de inhalator en meerdere inhalaties.
Dus door het verbeteren van de PIFR van de patiënt, het kiezen van de gepaste inhalator en de patiënt de juiste inhalatietechniek leren, kan het succes van de inhalatie verbeterd worden. In combinatie met therapietrouw, zullen deze factoren zeer waarschijnlijk de effectiviteit van de onderhoudstherapie ten goede komen met een betere gezondheidsstatus en minder exacerbaties als gevolg.
